donderdag 18 augustus 2022
Het scheefbloemwitje is nog geen tien jaar in ons land, maar komt wel vrijwel overal voor. Maar in het noorden en noordwesten zijn er ook nog veel plaatsen waar er nooit een is gezien. Nu, in augustus en september, zwerven scheefbloemwitjes en nu heb je dus de grootste kans ze op nieuwe plekken aan te treffen.
De uitbreiding van het scheefbloemwitje is spectaculair. Vanuit de Alpen verspreidde dit witje zich razendsnel naar het noorden. Het ging soms om 100 km per jaar! Ook in Nederland is de uitbreiding snel gegaan. In 2015 alleen op twee plekken in Limburg en inmiddels zijn uit het hele land wel meldingen van het scheefbloemwitje. In Noord-Holland zijn er nog maar erg weinig gezien en ook de Wadden lijken nog niet echt gekoloniseerd. Er is alleen een melding op Vlieland.
Het kaartje van de verspreiding geeft ook andere informatie: het scheefbloemwitje wordt vrijwel altijd in het stedelijk gebied en tuinen gezien en maar weinig in het buitengebied. Dat verklaart wellicht ook de wat mindere verspreiding in de noordelijke provincies, die minder verstedelijkt zijn. Toch komt het scheefbloemwitje niet alleen in de stad voor, want dan kan de soort zich niet zo snel verspreiden, daarvoor moet hij toch ook echt het platteland over. Nu is het wellicht zo dat scheefbloemwitjes daar snel overheen vliegen en dan is de herkenning helemaal moeilijk, dus wordt hij daar minder of niet gemeld.
Dat is wel een probleem: scheefbloemwitjes lijken erg op de andere algemene koolwitjes en vooral met het klein koolwitje ligt verwarring voor de hand. Er zijn vier kenmerken waarin scheefbloemwitjes verschillen van klein koolwitjes, maar slechts een of twee van die kenmerken zijn onvoldoende om tot scheefbloemwitje te besluiten. Als minimaal 3 van de 4 kenmerken kloppen is het waarschijnlijk dat het een scheefbloemwitje betreft. Vrouwtjes zijn zwaarder getekend dan mannetjes en de herkenning van vrouwtjes is dan ook wat makkelijker.
De zwarte of grijze vleugelpunt loopt vrij ver naar beneden door, tot aan de bovenkant van de middenvlek. Die middenvlek is bij het scheefbloemwitje groter dan van het klein koolwitje en vierkant en vaak zelfs wat ‘hol’ aan de buitenkant. Vanaf de onderkant van de zwarte vleugelpunt loopt vaak ook wat zwart naar die vlek toe en tot slot is de vleugelrand van het scheefbloemwitje wat meer afgerond dan die van het klein koolwitje.
2022 KarsVeling Kolonisatie Natuurbericht PierisMannii Scheefbloemwitje
Wat eten de rupsen van het scheefbloemwitje?
20-jan-2022
Waar blijven de koolwitjes?
20-jun-2024
Pas op de plaats voor het scheefbloemwitje
17-jan-2023
Het scheefbloemwitje is er weer
14-apr-2022