donderdag 16 oktober 2014
In september heeft De Vlinderstichting een landelijke werkgroep argusvlinder opgericht. In de werkgroep nemen vrijwilligers deel die de argusvlinder met argusogen volgen. Zaterdag 11 oktober was er een succesvolle eerste bijeenkomst in de argusvlinderrijke Alblasserwaard.
Een van de maatregelen uit het beschermingsplan argusvlinder, dat afgelopen jaar is verschenen, is het opzetten van een kennisnetwerk voor de argusvlinder. Met de werkgroep argusvlinder zet De Vlinderstichting in op het creëren van zo’n kleinschalig kennisnetwerk. De uitwisseling van ecologische kennis en ervaringen met beheer van de openbare ruimte gericht op de argusvlinder zijn belangrijke thema’s die in de werkgroep aan bod komen. De werkgroep bestaat nu uit acht enthousiaste vrijwilligers die vanuit De Vlinderstichting professionele ondersteuning krijgen. Tijdens de bijeenkomst van zaterdag 11 oktober stond de ecologie en levenscyclus van de argusvlinder centraal. Het programma begon binnen met een presentatie van De Vlinderstichting. Daarop volgde een levendige brainstorm en discussie over de mogelijke oorzaken van de achteruitgang van de argusvlinder. Er was uitgebreid aandacht voor het opsporen van rupsen van de argusvlinder.
Met de opgedane kennis vers in het geheugen gingen we het tweede deel van de middag het veld in om rupsen te zoeken. Dit vond plaats in het Kraaienbos, nabij het plaatsje Wijngaarden (ZH). Op deze locatie vindt ook onderzoek plaats van De Vlinderstichting naar de argusvlinder. Op een aantal locaties vonden we rupsen van de argusvlinder: in slootkanten en bij een boomstam op een slootkant. Ook konden de deelnemers aan den lijve ondervinden dat er de nodige overlap bestaat tussen het voortplantingshabitat van argusvlinder en bont zandoogje. Het bont zandoogje wordt als rups geregeld ook aangetroffen op plekken waar argusvlinderrupsen te vinden zijn. Bont zandoogjes zijn echter wat minder kritisch en komen ook op beschaduwde plekken voor, bijvoorbeeld aan de voet van bomen in een halfopen tot tamelijk gesloten bos.
Momenteel zijn de rupsen van argusvlinders goed te vinden in het veld. Zoek daarvoor naar grassen die bij verticale structuren groeien, zoals bij een hek, paal, muurtje of een boom in het open veld. De zonkant van zo’n structuur is het meest kansrijk om rupsen te vinden. Het zoeken naar rupsen begint bij het zoeken naar vraatsporen op het gras: netjes uitgegeten vensters uit een grasspriet of getopte grassprieten. Zulke sporen duiden op aanwezigheid van een rups. Als er vraatsporten gevonden zijn, kan het echte zoekwerk beginnen.
Hoe komt een vlinder de winter door? #2
31-okt-2024
Argusvlindertelweekend 2024
3-mei-2024