donderdag 7 april 2022
In deze periode, in april en mei, beginnen er al veel soorten nachtvlinders te vliegen en rond te kruipen. Van een paar kleine vlinders (micro’s) die de komende periode te vinden zijn, geven we hieronder wat zoektips en informatie. Dus ga eerst even lezen, inspiratie opdoen en daarna lekker op pad op zoek naar deze micro’s! Zeer zeker vind je dan nog meer soorten dan hieronder genoemd worden.
Als je nu in het voorjaar, bij het zoeken naar de oranjetipjes op de pinksterbloemen, goed oplet kun je ook de pinksterbloemlangsprietmot (Cauchas rufimitrella) tegenkomen. Dit is een heel algemene soort die door heel Nederland voorkomt, maar toch altijd leuk om te vinden. Ze zijn maar klein, met een spanwijdte van negen tot twaalf millimeter. Deze soort heeft echt lange sprieten. De sprieten van de mannetjes zijn tot wel twee keer zo groot als de lengte van de voorvleugel, die van de vrouwtjes zo’n anderhalf keer.
De naam is een verwijzing naar het uiterlijk van de (met name mannelijke) vlinders, die lange antennen bezitten. Vlinders worden veelal rustend als nectarnuttigend op pinksterbloemen aangetroffen. De waardplanten zijn pinksterbloem en look-zonder-look.
Een bijzonder gevormde nachtvlinder is de windevedermot (Emmelina monodactyla). Dit is een soort uit de familie van de vedermotten (Pterophoridae). De achtervleugels zijn in rust niet zichtbaar. Als ze wel wat uitgespreid zijn, zie je dat deze als een soort van veders (veren) zijn. Door de vorm van de vleugels van deze soorten hebben ze hun naam gekregen.
De windevedermot is een heel algemene soort en kan eigenlijk het hele jaar door gezien worden. De soort overwintert als volwassen vlinder en is in die periode soms in huis te vinden. In het veld zijn ze goed op te jagen uit de vegetatie en ze komen ook op licht af. De windevedermot is makkelijk te vinden als je redelijk je best doet en goed speurt.
Het is een algemene soort die verspreid over het land kan worden waargenomen. Een van de meest algemene vedermotten van ons land, die met name in het najaar en in het voorjaar talrijk kan zijn. Landelijk te vinden o.a. binnen de bebouwde kom, stedelijke gebieden, ruigten en akkers waar de voedselplanten voorhanden zijn. Zo kun je deze ook zomaar in een woonwijk aantreffen op een muur of raam.
Een andere heel algemene nachtvlinder is de esperiamot (Esperia sulphurella). Volwassen exemplaren zijn vaak te zien op zonnige dagen vanaf half april tot in juni. De traag vliegende vlindertjes zijn veelal te vinden in de buurt van rottend hout en struiken. De rupsjes leven in dood hout van diverse soorten loofbomen en kunnen ook bij u in de tuin voorkomen. Het zijn prachtige vlindertjes, als je ze goed in detail bekijkt, hebben ze een wat blauwe weerschijn en mooie goudgele bestuiving.