zaterdag 8 september 2018
Hoewel landbouw onlosmakelijk is verbonden met natuur, gaat de landbouw in Nederland op dit moment vooral ten kòste van natuur. In de vanmorgen gepubliceerde LNV-visie stelt minister Schouten dan ook dat er een omschakeling moet plaatsvinden naar een ander systeem van voedselproductie.
Een vorm van landbouw die toekomst heeft, genoeg voedsel produceert èn positief bijdraagt aan natuur, landschap en klimaat. Een combinatie van kringlooplandbouw en natuurinclusieve landbouw.
Download 'Visie Landbouw, Natuur en Voedsel: Waardevol en Verbonden'
De landbouw in Nederland is niet alleen van groot economisch belang, maar ook de vormgever van tweederde van ons landoppervlak. “Omdat het boerenland het leefgebied vormt van een groot aantal dier- en plantsoorten, moet bescherming van die soorten net zo vanzelfsprekend zijn als de voedselproductie die op deze gronden plaatsvindt”, aldus Hank Bartelink, directeur LandschappenNL.
Ook IUCN Nederland, IVN, de Natuur- & Milieufederaties, SoortenNL en De Vlinderstichting zien mogelijkheden voor het realiseren van de voorgestelde transitie. Daarvoor zijn sturing en goede monitoring op meetbare doelen en resultaten, met een verbindende overheid als regisseur, onmisbaar.
Volgens het Planbureau voor de Leefomgeving is “een diepgaande verandering nodig in het landbouw- en voedselsysteem, om de gestelde klimaat-, milieu- en natuurdoelen te halen”. Daarom ook is de transitie die Schouten voorstelt noodzakelijk. Dit vergt moed, daadkracht, goede wet- en regelgeving en lange-termijn beleid. Ook omdat voor deze transitie een krimp van de veestapel en het minimaliseren van gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen onontkoombaar is. Bartelink: “Subsidies zoals via het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid moeten alleen worden toegekend voor maatregelen die landschap en natuur beschermen en bijdragen aan de klimaatopgaven. De nadruk ligt niet (meer) sèc op productiviteit, maar juist op volhoudbaarheid. Zodat we weer mèt de natuur gaan boeren in plaats van er tegen. Natuurlijke bestuiving, plaagregulatie en goede bodemkwaliteit zorgen er voor dat de landbouw beter bestand is tegen ziektes en de gevolgen van klimaatverandering”.
Om de transitie te kunnen realiseren is het belangrijk dat alle betrokkenen de krachten bundelen, zoals nu ook gebeurt bij het Deltaplan Biodiversiteit. Groen onderwijs wordt groener door de volhoudbare combinatie ‘kringloop-natuurinclusief’. Maatschappelijke organisaties zorgen met vele vrijwilligers voor monitoring van de populaties insecten en weide- en akkervogels. En een boer die investeert in een duurzame bedrijfsvoering, moet voor zijn product een goede prijs krijgen. Leveranciers, supermarkten en banken zijn hiervoor aan zet: door te kiezen voor duurzaamheid als nieuwe standaard in het schap, maken zij het voor de consument logisch en gemakkelijk om verantwoorde keuzes te maken. De hele keten moet verantwoordelijkheid dragen. Te beginnen met het huidige Kabinet, dat graag ‘het groenste ooit’-predicaat wil waarmaken.
De natuur-en milieuorganisaties zijn net als minister Schouten overtuigd van de noodzaak van een transitie van de landbouw. Dit is een brede maatschappelijke opgave, waarbij kwaliteit en waarden van het landelijk gebied voorop staan en die alleen door samenwerking bereikt kan worden. Regie en regels vanuit Den Haag, eerlijke prijzen door afnemers, een financiële stimulans voor extra diensten ten bate van de natuur, en vooral samenwerking tussen alle betrokkenen, gaan ervoor zorgen dat landbouw én landschap in Nederland weer veerkrachtig en toekomstbestendig worden. De groene organisaties pakken graag deze handschoen op!