gevlamde uil Actinotia polyodon

Familie

uilen (NOCTUIDAE)

Zeldzaamheid

Zeldzaam. Komt verspreid en lokaal voor op de zandgronden in het binnenland en in de duinen; elders af en toe een waarneming. RL: kwetsbaar.

Rode lijst

kwetsbaar

Meer foto's

Terug naar boven ^

Levenswijze

Vliegtijd en gedrag

Begin mei-eind augustus in twee generaties; heel soms een partiële derde generatie in september-oktober. De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken bloemen; soms zijn ze ook overdag actief.

Levenscyclus

Rups: juni-september. De rups is zowel ´s nachts als overdag actief. De soort overwintert als pop in de grond. Verpopping kan mogelijk ook in een spinsel op de plant plaatsvinden.

Verspreiding

Vliegtijd

Benaming

Engelse naam

Purple Cloud

Duitse naam

Vielzahn-Johanniskrauteule

Franse naam

la Noctuelle clairvoyante , la Camonmillière

Oud Nederlandse naam

veertje

Synoniemen

Chloantha polyodon, Chloantha perspicillaris, Cloantha perspicillaris

Meer

Toelichting Nederlandse naam

De tekening op de voorvleugels heeft een vlammend karakter.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Actinotia: akte is een verheven plaats, iets belangrijks en noton is de achterkant. Dit wijst op de dorsale pluim op het achterlijf.
polyodon: poly is veel en odous, odontos is een tand. Verwijzend naar de rij pijlvormige subterminale tekens op de voorvleugels.

Auteursnaam en jaartal

(Clerck, 1759)

Herkenning

Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 13-15 mm. De markante tekening en de purperachtige tint op de bruinachtige voorvleugel zijn kenmerkend. Opvallend zijn de witachtig omrande niervlek die de vorm heeft van een oor en het licht gekleurde gedeelte bij de vleugelpunt met de scherpe pijlvormige punten die tot in de franje uitsteken. In het wortelveld bevindt zich een lange, naar buiten wijd uitlopende en aan het eind gespleten wigvormige strook, met daarnaast een zwartachtige wortelstreep. De achtervleugel is bruinachtig.

Verspreiding in Nederland in vier perioden

Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.

Habitat

Gebieden met warme open droge, vaak verstoorde grond, zoals paden in heidegebieden, wegbermen en spoordijken.

Planten

Sint-janskruid en hokjespeul.

Waardplant

Hokjespeul
Astralagus

Sint-Janskruid
Hypericum

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie uilen (NOCTUIDAE)

windeweeskind
Aedia leucomelas

gouden daguil
Synthymia fixa

eenstipgrasuil
Mythimna unipuncta

astermonnik
Cucullia asteris

gevlamde grasuil
Eremobia ochroleuca

heremietuil
Ipimorpha retusa

Alle soorten uit deze familie