Het Korenburgerveen is een van de laatste hoogveengebieden in Nederland. Het bestaat eigenlijk uit een drietal deelgebieden: het Corlescheveen en Korenburgerveen van Natuurmonumenten, Meddosche Veen van gemeente Winterswijk/Natuurmonumenten en het Vragenderveen van Stichting Marke Vragenderveen.
Hert Korenburgerveen is een Natura 2000-gebied en om dit gebied in deze staat te houden en de groene golvende venen van weleer terug te krijgen, heeft Natuurmomenten het waterbeheer grondig aangepakt. Er zijn damwanden en dammen aangelegd waarmee het waterpeil geregeld kan worden, water dat rijk is aan meststoffen van de landbouw kan het gebied niet meer binnenkomen. De dammen houden het water in het veengebied vast waardoor het veen zich kan herstellen. Op de paar hooilandjes in het gebied is een prachtige vegetatie aanwezig met onder andere verschillende orchideeën, blauwe knoop en moerasviooltje. De graslanden worden omringd door vochtige bossen en ruigtes. Omdat het gebied kwetsbaar is, mag je alleen op de gemarkeerde paden lopen en alleen onder begeleiding van een gids. Dit pad is vaak modderig, dus neem een paar laarzen mee. Over natte delen zijn vlonderpaden aangelegd.
Naast het grote aantal algemenere soorten komen er twee echte specialisten in dit gebied voor, namelijk de speerwaterjuffer en de hoogveenglanslibel.
De speerwaterjuffer leeft op mooie, niet zure vennen. De soort is uitstekend te bewonderen langs het knuppelpad in het Meddosche Veen.
De hoogveenglanslibel is een stuk moeilijker te vinden. De populatie bevindt zich in het niet vrij toegankelijke Vragenderveen, maar jagende dieren worden ook wel op andere plaatsen gezien. De larven van de hoogveenglanslibel leven in bijna dichtgegroeide veenputjes. In deze veenputjes leven nauwelijks andere soorten. Hierdoor kunnen ze rustig groeien zonder dat ze last hebben van andere libellenlarven.