dinsdag 17 mei 2011
Tijdens veldwerkzaamheden afgelopen week vond een medewerker van De Vlinderstichting een hermelijnvlinder in de Weerribben, in Noordwest-Overijssel. Deze soort is hier nog niet eerder gezien. De hermelijnvlinder is vooral bekend door zijn bizarre rups.
De hermelijnvlinder is een niet zo gewone soort die vooral wordt waargenomen in de kustprovincies. Elders in het land komt hij verspreid voor, maar uit Overijssel komen maar erg weinig waarnemingen van deze soort. Het was dan ook een verrassing toen er vrijdag een exemplaar werd aangetroffen in de Weerribben. Dit is een laagveenmoerasgebied, terwijl het leefgebied van de hermelijnvlinder op Vlindernet wordt beschreven als open bossen, struwelen, heiden en duinen; soms ook tuinen. De waardplant, waarop de rupsen zijn gespecialiseerd, is wilg en (ratel)populier. Wilgen zijn natuurlijk in de Weerribben veel aanwezig. De vliegtijd van de hermelijnvlinder is lang, van begin april tot half augustus in één generatie. Het is een soort die ’s nachts actief is en dan wel kan worden aangelokt met licht. Overdag zit hij normaal gesproken verscholen.
De hermelijnvlinder is vooral bekend vanwege de bijzondere rups. Deze is prachtig groen, met een opvallend zadel op de rug en een tweetal opvallende staarten. Van voren is de kop afgeplat, wat het vreemde uiterlijk nog meer accentueert. De rups is van juni tot september op de waardplant te vinden en eet de bladstengels vaak helemaal kaal. De soort overwintert als pop in een zeer harde cocon die is verstevigd met door de rups fijngekauwde houtdeeltjes en die wordt vastgesponnen aan een boomstam of paaltje. De eieren worden afzonderlijk of met twee of drie tegelijk afgezet op de bovenkant van bladeren.