Leeuwarden werkt al jaren aan het verhogen van de biodiversiteit in het gemeentelijk groen. Een belangrijk instrument om de diversiteit van de flora en fauna te stimuleren is maaien. Het maaibeleid van de gemeente Leeuwarden bestaat uit maar liefst vijftien verschillende maairegimes. Door af te wisselen in tijdstip, methode, machines en hoe vaak er wordt gemaaid, zorgt het maaiteam voor steeds meer variatie in de vegetatie en daarmee in de insecten en vlinders die hierop afkomen.
Bermen zijn onderdeel van een groter geheel. Samen met de taluds en slootkanten vormen ze belangrijke verbindingszones. Het zijn de groene snelwegen die met elkaar een enorm oppervlak bestrijken. Door deze verbindingszones te maaien met oog voor de natuur, wordt een geweldige meerwaarde gecreëerd. En die bloemrijke bermen zien er ook nog eens prachtig uit.
Minne Zwanenburg vertelt over zijn werk als toezichthouder klein maaibestek:
"Bij het maaibeheer van de gemeente Leeuwarden hebben we twee doelen: het bevorderen van biodiversiteit en zorgen voor verkeersveiligheid. We zorgen dat er genoeg planten en bloemen zijn voor insecten en andere dieren, maar letten ook goed op de veiligheid. In bochten en bij kruispunten moeten de uitzichten altijd goed blijven. Ik overleg dagelijks met de maaiers. Bijzondere planten mogen blijven staan, zolang het niet gevaarlijk is voor het verkeer.
Gefaseerd maaien betekent dat we nooit alles in één keer maaien. Bij elke maaibeurt slaan we een stuk over dat bij de volgende maaibeurt aan de beurt komt. Zo blijft er altijd iets staan. We maaien tot vier keer per jaar. Door deze methode zijn er in de afgelopen jaren weer meer soorten planten en dieren teruggekomen. Zo helpen we de wilde bijen, vlinders en vogels die in aantal afnemen. Ook bij het schoonmaken van sloten (hekkelen) laten we genoeg staan, zodat dieren schuil- en nestplaatsen hebben. Wel zorgen we voor goede waterdoorstroming en soms ruimte om te varen.
Ik ben het meest trots op de orchideeënberm bij De Groene Ster. Maar ook de fietspaden buiten de stad zijn prachtig met veel bloeiende kruiden en grassen."
Dankzij Minne's inzet voor gefaseerd maaibeheer draagt Leeuwarden niet alleen bij aan de veiligheid, maar ook aan een bloeiend ecosysteem. Zijn werk laat zien hoe natuurbeheer en verkeersveiligheid samen kunnen gaan.
Marinus Tijsma, toezichthouder groot maaibestek, vertelt:
"Als toezichthouder zorg ik ervoor dat het maaien goed verloopt, zowel buiten als financieel. Ik werk nauw samen met de mensen op de machines, want zij voeren het maaiwerk uit. In het begin ben ik vaak aanwezig om aanwijzingen te geven over wat moet blijven staan en wat niet. Na een paar duidelijke instructies weten ze meestal wat belangrijk is voor ons. Bij twijfel kunnen ze me altijd bellen.
We maaien op verschillende momenten en met verschillende frequenties, variërend van één tot vier keer per jaar. Het weer speelt een rol, maar ik kijk vooral naar de draagkracht van de bodem. Als de bodem te nat is, maaien we later om te voorkomen dat er sporen in de grond komen die slecht zijn voor de plantengroei.
De bermen langs de in- en uitvalswegen staan nu prachtig in bloei met veel verschillende soorten bloemen. Maar ook daar moet worden gemaaid. Het is mooi als bermen divers en in bloei zijn, maar we willen ook allemaal veilig van A naar B. Daarom staat veiligheid voorop. Ik beoordeel zelf of kruispunten en oversteekplaatsen veilig en overzichtelijk zijn. We proberen veiligheid te waarborgen en tegelijkertijd de biodiversiteit te vergroten.
Het talud is een belangrijk onderdeel van onze bermen. We werken hier steeds meer gefaseerd, vaak in combinatie met slootonderhoud. Bij het hekkelwerk laten we tegenwoordig her en der begroeiing staan. Dit is belangrijk voor de biodiversiteit, vooral de overgang tussen talud en water, de zogenaamde 'snor'. Hier willen we dit jaar grote stappen maken. Door niet alles te schonen, ontstaat er een groter leefgebied voor zowel planten als dieren."
Marinus' aanpak laat zien hoe veiligheid en natuurbeheer samen kunnen gaan, waardoor de bermen niet alleen veilig, maar ook rijk aan biodiversiteit zijn.
Veel bermen en overhoeken in de gemeente Leeuwarden worden onderhouden als hooiland. Gilberto Squizzato, ecologisch hovenier bij de gemeente, vertelt wat er bij dit type beheer komt kijken.
‘Als iets kenmerkend is voor Friesland dan is het ongetwijfeld grasland. Ook in de gemeente Leeuwarden voeren groene velden de boventoon. Om grasland te kunnen blijven, moeten deze velden regelmatig gemaaid worden.
De gemeente Leeuwarden heeft verschillende manieren om te maaien en een ervan is hooilandbeheer, een beheermethode die zo oud is als de beschaving. In de landbouw wordt hooilandbeheer – de naam zegt het al – toegepast om hooi te winnen voor het vee. Maar in Leeuwarden is het hoofddoel het behouden en versterken van de soortenrijkdom.
We hebben meer dan honderd graslanden en bermen in hooilandbeheer, wat neerkomt op ongeveer vijftig hectare. In de praktijk betekent dit: maaien, het maaisel een paar dagen laten liggen en dan afruimen. Voor het maaien van grote oppervlaktes gebruiken we een trekker met een trommelmaaier, een hooihark legt het maaisel vervolgens in rillen en het afruimen gebeurt met een hooiwagen. Kleinere graslanden en bermen maaien we met een vingerbalkmaaier en het afruimen gebeurt meestal handmatig.
We monitoren de bermen en graslanden regelmatig om zicht te krijgen op de ontwikkeling ervan. De resultaten leggen we vast in plantenlijsten die worden opgeslagen op verspreidingsatlas.nl. Zo bouwen we veel kennis op, die de basis vormt voor ons beheer.
De bodem bestaat hier voornamelijk uit zeeklei, al vinden we in het oosten van de gemeente ook zand- en veengronden. Doordat kleigrond rijk is aan voedingsstoffen en het vermogen bezit om vocht vast te houden, zijn grassen in het voordeel ten opzichte van (bloeiende) kruiden. Toch is het mogelijk om op deze rijke zeeklei een kruidenrijk grasland te ontwikkelen. Doordat je bij hooilandbeheer het maaisel steeds afvoert, treedt er verschraling op. Dit verschralingseffect in combinatie met het juiste maaitijdstip en inzaaien, zorgt voor de bloemrijke velden en bermen.
We streven naar een zo natuurlijk mogelijke vegetatie met de soorten die hier thuishoren. De gemeente Leeuwarden heeft een eigen zadenbank. Zaden van inheemse soorten worden lokaal geoogst en verwerkt. Uit deze zadenvoorraad worden mengsels gemaakt en soms ingezaaid om de soortenrijkdom op de graslanden en in de bermen te versterken. Het inzaaien doen we op basis van de monitoring en het inschatten van de kans op succes. Meestal zijn de gebieden die een bepaald verschralingsniveau hebben bereikt het meest kansrijk.
De graslanden worden meestal één tot twee keer per jaar gemaaid. Hierbij is gefaseerd maaien de norm, waarbij vooral bloeiende stukken blijven staan. Zo hebben insecten, amfibieën en andere dieren plekken om te schuilen en te foerageren. Om dezelfde reden laten we ook ’s winters delen van de vegetatie staan.
Omdat ieder jaar anders is (nat, droog, warm of koud), staan we steeds voor nieuwe uitdagingen, waarin successen worden geboekt en er soms tegenvallers zijn. Maar ons doel is duidelijk: samen met collega’s zorgen voor mooie en soortenrijke graslanden en bermen. Hiervoor is de motivatie en ervaring van de maaiers van essentieel belang. En die zijn in ons maaiteam top!’
Coen van Slooten, senior planner/werkvoorbereider, neemt in zijn werk jarenlange ervaring mee. "Ik bewaak het totaalbeeld van alle maaiwerkzaamheden en kijk of de werkzaamheden worden uitgevoerd zoals is afgesproken. Waar nodig stuur ik bij. Het kan bijvoorbeeld zijn dat we vaker moeten maaien of op een andere manier, met andere machines. Want de natuur laat zich niet altijd leiden. Een nat of droog jaar maakt verschil. Door weersomstandigheden verandert de samenstelling van bermen per jaar. Een nat voorjaar geeft meestal meer grassen en hoger gewas. Droogte geeft minder en lager gras, waardoor de bloemensoorten toenemen.
Bij het beheer houden we rekening met verschillende zaken: verkeersveiligheid, de gesteldheid van de terreinen en de flora en fauna. Hierbij staat veiligheid altijd voorop. We willen geen onveilige situaties als gevolg van te hoog gras. Door mijn jarenlange ervaring weet ik: niet alles kan overal. Het werk moet praktisch uitvoerbaar zijn. De locatie moet geschikt zijn voor het beoogde doel en het beoogde materiaal.
We werken met een maaikaart waarop te zien is waar en hoe er in de gemeente gemaaid wordt. Op de kaart staan bijna twintig maaivarianten, zoals klepelmaaien, maaien en afvoeren, gazon maaien en hooilandbeheer. De kaart staat ook op de website Groen leeft in Leeuwarden, zodat iedereen deze kaart kan bekijken. Communicatie is sowieso belangrijk bij het uitdragen van ons maaibeleid. Wij kijken naar het grote plaatje en maken keuzes op basis van geschiktheid en kans van slagen. En dat leggen we graag uit.
Het bermbeheer heeft de laatste jaren een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Tot een jaar of tien geleden werden de bermen eigenlijk alleen geklepeld en zag je vooral hoog gras. Bij klepelen wordt de vegetatie min of meer stukgeslagen en blijft het maaisel liggen. Na het invoeren van de maai-zuigcombinatie, waarbij het maaisel direct wordt opgezogen, zie je de bloemenpracht toenemen. Het afvoeren van het maaisel zorgt voor verschraling van de bodem, wat goed is voor de bloemenrijkdom.
Het doet me goed om te zien dat de biodiversiteit de afgelopen jaren is toegenomen door het gewijzigde maaibeheer. De betrokkenheid van de mensen die zich hiermee bezighouden is groot. We willen het allemaal goed en vooral nóg beter doen. Natuurvriendelijker beheer vraagt wel anders denken bij sommige burgers en medewerkers, want over het algemeen zullen de bermen en plantsoenen er anders uit gaan zien. Maar van grasrijk naar bloemrijk op termijn kan voor niemand een bezwaar zijn, toch?"
het delen van opgedane kennis rondom natuurvriendelijk maaien en de organisatie daarvan binnen het maaiteam