Half mei-half augustus in twee generaties. De vlinders kunnen overdag uit het struikgewas geklopt worden. Ze vliegen vanaf de vroege schemering en komen soms op licht.
Rups: juli-augustus. De rupsen worden vaak gemakkelijker gevonden dan de vlinders. De soort overwintert als pop in een met spinsel verstevigde holte in de grond.
Ruddy Carpet
Rotbinden-Blattspanner
l'Eubolie roussâtre
Euphyia rubidata, Cidaria rubidata, Larentia rubidata
Walstro is een belangrijke waardplant van deze spannersoort en het roodbruine heeft betrekking op de grondkleur van de voorvleugels. Ook de wetenschappelijke naam wijst op deze kleur.
Catarhoe: kata is een voorvoegsel vaak, zoals hier, zonder duidelijke betekenis. Rhoe is een stroom, een beek. Het is een genus dat gerelateerd is met Xanthorhoe.
rubidata: rubidus betekent roodachtig; een overwegende kleur op de voorvleugels.
(Denis & Schiffermüller, 1775)
Voorvleugellengte: 13-15 mm. Verse vlinders zijn goed herkenbaar aan de roodbruine, bijna oranjeroze grondkleur. Op de voorvleugel is de grijze middenband aan de buitenzijde vanaf de voorrand tot halverwege de vleugel zwaar afgezet met zwart, daarna bestaat de buitenrand slechts uit een diep geschulpte, fijne zwarte lijn. Deze combinatie komt bij geen enkele andere soort voor. Er is weinig variatie in tekening.
Afgevlogen vlinders zouden soms verward kunnen worden met afgevlogen exemplaren van de berberisspanner (Pareulype berberata); deze heeft echter een karakteristieke tekening in de vleugelpunt.
Zeer zeldzaam. Er zijn slechts enkele waarnemingen uit het oosten van het land en uit Zuid-Limburg bekend.
Beperkt tot Wallonië. Zeldzaam, maar wijdverbreid ten zuiden van Samber en Maas.
Het Iberisch Schiereiland, Midden- en West-Europa inclusief de Britse eilanden oostwaarts tot de Oeral; in het noorden tot Midden-Scandinavië, in het zuiden: Italië, de Balkanlanden, de Kaukasus en via het Kaspische gebied tot westelijk Centraal-Azië.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Graslanden, struwelen, akkerranden en (spoor)dijken, meestal op kalkrijke bodem.
Diverse soorten walstro.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting