Begin juni-begin augustus in één of twee generaties; omdat de meeste waarnemingen afkomstig zijn uit kweken, zijn de vliegtijd en het aantal generaties niet zeker. De vlinders vliegen vanaf de schemering, komen op licht en bezoeken bloemen.
Rups: juli-augustus. De jonge rups leeft in de zaaddozen van de waardplant; grotere rupsen foerageren alleen ´s nachts en verlaten overdag de waardplant om zich dicht bij de grond te verbergen. De soort overwintert als pop in een cocon in de grond.
Viper's Bugloss
Gipskraut-Nelkeneule
la Noctuelle de la vipérine
Anepia irregularis, Dianthoecia echii, Dianthoecia irregularis
Oorsilene is de belangrijkste waardplant van deze soort.
Hadena: hades is de onderwereld. Schrank vertaald 'Trübeule' met 'moping owl' (kniezende uil). Deze naam had aanvankelijk de status van een familienaam.
irregularis: in-, ir- (als er een tweede 'r' op volgt) is een ontkenning en regularis komt van regula is een rechte lijn. Dus niet recht, verwijzend naar de golvende subterminale lijn.
(Hufnagel, 1766)
Voorvleugellengte: 14-15 mm. De zandkleurige voorvleugel heeft een ingewikkelde, grotendeels lichtbruine tekening en geschulpte of zigzaggende centrale dwarslijnen. In het middenveld bevindt zich vaak een opvallende witachtige ringvlek, die aan de onderzijde verbonden is met de niervlek.
De variabele silene-uil (H. perplexa) mist de witachtige ringvlek en heeft minder geschulpte dwarslijnen. De gevlamde grasuil (Eremobia ochroleuca) heeft een donkere samengeknepen of onderbroken centrale dwarsband.
Zeer zeldzaam. De soort is alleen bekend uit de duinen van Noord-Holland. De laatste waarneming dateert uit 1995.
Deze soort komt niet in België voor.
Van de Pyreneeën via Midden-Europa tot Siberië. In het westen en noorden een lokaal voorkomen in Engeland en Zweden. De zuidgrens loopt langs de Alpen en de Karpaten tot de noordkust van de Zwarte Zee en tot de Kaspische Zee en verder tot Midden-Azië.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Vooral graslanden, akkerranden en wegbermen.
Vooral oorsilene en gipskruid.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting