iepenuil Cosmia diffinis

Familie

uilen (NOCTUIDAE)

Zeldzaamheid

Zeer zeldzaam. Na 1980 is de soort slechts tweemaal waargenomen, nl. in Noord-Holland (1996) en Gelderland (1998).

Rode lijst

verdwenen

Meer foto's

Terug naar boven ^

Levenswijze

Vliegtijd en gedrag

Begin juli-half augustus in één generatie. Vooral de mannetjes komen op licht, vaak al vroeg in de avond.

Levenscyclus

Rups: april-juni. De rups leeft tussen samengesponnen bladeren en zit graag op de uitlopers onderaan de stam van de waardplant. De rups is kannibalistisch, ook als er voldoende voedsel aanwezig is. De verpopping vindt plaats in een cocon in de strooisellaag. De soort overwintert als ei.

Verspreiding

Vliegtijd

Benaming

Engelse naam

White-spotted Pinion

Duitse naam

Weissflecken-Ulmeneule

Franse naam

le Nacarat

Synoniemen

Calymnia diffinis

Meer

Toelichting Nederlandse naam

De (enige) waardplant van deze soort is de iep.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Cosmia: kosmios is gepast, netjes, naar het duidelijke uiterlijk van de soorten binnen dit genus. Deze naam werd al genoemd door Hübner in zijn Tentamen, 1806.
diffinis: met diffinis wordt aangegeven dat deze soort veel lijkt op affinis, maar er toch wel degelijk van verschilt. Deze woordconstructie, affinis/diffinis, gebruikte Linnaeus wel vaker.

Auteursnaam en jaartal

(Linnaeus, 1767)

Herkenning

Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 14-16 mm. Deze uil lijkt qua rusthouding en vleugeltekening sterk op de donkere iepenuil (C. affinis). Langs de voorrand van de roodachtig bruine voorvleugel bevinden zich vrij grote helderwitte vlekken die scherp afgetekend zijn.

Gelijkende soorten vlinder

Zie de donkere iepenuil (C. affinis) en het maanuiltje (C. pyralina).

Gelijkende soorten vlinder

Verspreiding in Nederland in vier perioden

Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.

Habitat

Vooral bossen, kapvlakten en windsingels.

Planten

Iep; volgroeide bomen hebben de voorkeur.

Waardplant

Iep
Ulmus

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie uilen (NOCTUIDAE)

Alle soorten uit deze familie