Nieuwsbericht

Zelfs nu zijn er nog vlinders

woensdag 16 december 2020

Ook in de winter zijn er vlinders en een aantal zijn zelfs alleen in de winter als vlinder actief. Er zijn nachtvlinders die pas vanaf november te zien zijn en er zijn dagvlinders die als vlinder overwinteren en dan toch af en toe tevoorschijn komen. Mede dankzij de sociale media gebeurt dat niet meer onopgemerkt. Hier wat voorbeelden.

Soms komen dagpauwogen uit winterslaap en worden, midden in de winter, actief . Soms komen dagpauwogen uit winterslaap en worden, midden in de winter, actief .

De waarnemingen van vlinders die nu op Waarneming.nl en Telmee worden ingevoerd hebben betrekking op soorten die hier als vlinder overwinteren en op soorten die in de winter ‘gewoon’ actief zijn. Om met de eerste groep te beginnen: regelmatig zien we foto’s van dagpauwoog langskomen. Dit is een vlinderoverwinteraar die in schuurtjes en ook op zolders en andere plekken binnenshuis zit. Die plekken, die koel waren toen ze er gingen zitten, worden nu soms te warm omdat wij de kachel aanzetten. De overwinteraars ontwaken dan uit hun winterslaap en worden actief. Dit is niet goed voor ze, want het kost enorm veel energie. Voor die vlinders is het goed om ze koud weg te zetten, bijvoorbeeld in een schuurtje of onverwarmde garage. Als het koud is gaan ze weer in winterslaap en dan hebben ze kans de winter te overleven. Naast dagpauwoog en kleine vos vinden we ook wel nachtvlinders overwinterend. Het roesje bijvoorbeeld zit vaak op dezelfde plekken, soms met tientallen bij elkaar.

Uilen die in de winter actief zijn, v.l.n.r. zwartvlekwinteruil, bosbesuil en wachtervlinder. Uilen die in de winter actief zijn, v.l.n.r. zwartvlekwinteruil, bosbesuil en wachtervlinder.

Winteractief

Overwinterende roesjes . Overwinterende roesjes .

Een andere groep zijn vlinders die nu, in de winter, actief zijn. Het gaat daarbij voornamelijk om nachtvlinders, maar ook de atalanta wordt nu nog af en toe gemeld. De atalanta heeft geen winterslaap, want is van oorsprong een trekvlinder die vroeger wegtrok naar zuidelijker streken. Steeds vaker blijven er ook hier. Ze zitten in rust als het koud is en worden actief bij wat hogere temperaturen en met name als de zon ook schijnt. Echt zware vorst zullen ze niet overleven, want ze zijn niet bestand tegen echt lage temperatuur. Dat is anders bij een groep nachtvlinders die zich juist heeft gespecialiseerd om in de winter actief te zijn. Vaak zijn ze als het hard vriest wel in rust, maar ze overleven dat goed en als er weer wat warmere nachten zijn komen ze weer tevoorschijn om zich voort te planten. Dat geldt onder andere voor een aantal uilen, waarvan de zwartvlekwinteruil, de bosbesuil en de wachtervlinder redelijk wijd verbreid voorkomen. De kleine wintervlinder, waarover we al eerder een bericht schreven, is nu zo’n beetje over de top heen en die zullen we niet heel veel meer zien. Die uilen zijn er nog wel tot in maart.