Vlindergedichten

De Vlinderstichting heeft in 2023 ter gelegenheid van haar 40-jarig bestaan een vlindergedichtenwedstrijd uitgeschreven. Er werden meer dan 150 gedichten  ingestuurd; deze zijn beoordeeld door een jury staande uit Hans Dorrestijn (cabaretier, tekstschrijver en dichter) en Ellen van der Kolk (stadsdichter van Wageningen). De winnaar is bekendgemaakt tijdens de Landelijke Dag van De Vlinderstichting op 4 maart 2023. Alle ingezonden gedichten zijn in de loop van 2023 op deze website gepubliceerd.

Lees het nieuwsbericht over de bekendmaking

Hieronder staat de Top 5. 

 

Het winnende gedicht

 

Een schone zaak

Er hing een donker blaadje aan een balk
in de schuur. Een flardje onopvallendheid,
kleurloos als een waterkoude wintermist.

De zomer koos de coma om zich uit te
schakelen. Wachten is welhaast een halve
levenstaak, een poging niet te sterven van

de vrieskou of verdroging, regulering van
geduld: hoe traag nog gaat er lucht door
je tracheeën, slaat dat kleine buishartje?

Er kwam een lentedag. Het blaadje was
gesplitst, er was een toefje parelmoer, wat
paars pastel en o, oranjebruin. Niets bewoog.

Er was een tweede lentedag, een raam dat
openstond en vastberadenheid. Door de tuin
dwarrelde doodgewoon een dagpauwoog.

 

Joost Hontelez

 

Tweede prijs gedichtenwedstrijd

 

Waarschuwing I

geloof ze niet, de biologen

ze zullen vertellen over eitjes en rupsen
over honger die weken en wekenlang duurt
over segmenten, schubben en cellen
metamorfose is hun lievelingswoord

of erger nog:

ze zullen je tellen, meten en wegen
dan gaan ze grafieken, dan gaan ze tabellen
ze maken je vlucht en je kleuren tot data
het gaat niet om jou maar om het voorspellen

geloof ze niet, de biologen

je bent uit licht geblazen

 

Elly van Agtmaal

 

Top 5

De volgende drie gedichten zijn in ook de top 5 geëindigd. We publiceren ze in willekeurige volgorde.

 

BRULLENDE MONDEN 

Het water kwam toen ze sliepen.
Brullende monden slikten  
en spuwden uit wat altijd  
al van de mensen was.  

Angst duwde naar boven
wie klimmen kon. Wat zwak  
was, te dun, te klein 
kon er daarna nog bij.   

Mijn vader zwom een man
op het droge. Mijn moeder  
roeide twee broers ons huis in.  
Kasper is nu mijn vriend.  

Hij wijst. In de zon op
het raam van onze keuken
zitten twee vlinders. 
Boomblauwtjes. 

Vlindertjes van hoop. 

 

Gil van der Heyden

 

Vleugelvreugde in insectenidioom

De vlindervinder zoekt
met zijn biotopenbijbel bij de hand
naar schoonheidverspreidende soorten
voor zijn vleugelverzameling 

De libelliefhebber luistert
naar hoe het ritselende riet verraadt
waar de versvervelde jufferjeugd
vleugelvlucht verkrijgt

En in lieveheersbeestjesland
rekent men specifieke stippelsignalen
plus dekschilddikte tot
de beste vleugelverdediging

Maar de muzikale medemensen
toetsen voor hun plezier
de spannende snaartheorieën
ter verhoging van de vleugelige vreugde


Judith van Alebeek

 

 

VLINDERFOTOGRAAF

Iedere nieuwe
kan een betere poging
dan elke eerdere zijn.

Het licht er klaar voor,
zon, de zachte belofte
van een pinksterbloemenveld -

De spanning voelbaar…

Zoeker van geluk,
de knieval voor het nieuwe
oranjetipje.

 

A. van den Berg

 

Buiten mededinging

Hieronder staan twee gedichten van de buitencategorie. Het eerste is gemaakt door Leo Stilma. Hij is degene die het idee had voor de bundel en ook de gedichten daarvoor verzamelde. Het andere gedicht is van Vlinderstichting-medewerker Ingeborg van Es-Boomsluiter. Zij heeft samen met Liesbeth van Agt de wedstrijd georganiseerd en heeft meegewerkt aan de poëziebundel. Wegens hun betrokkenheid bij de wedstrijd mochten Leo en Ingeborg niet meedoen aan de wedstrijd. Maar voor hun gedichten is er natuurlijk wel een plekje op deze site!  

 

VLINDERS

Soms ben ik jaloers op vlinders
hoe ze zo stilletjes om je hoofd zweven
en zacht trippelen op je vingertoppen

hoe ze sierlijk bewegen als zwanen
van Tsjechov in het ochtendblauw

en dan nog iets
ze hebben al een heel leven gehad
en beginnen aan een tweede
alsof er vroeger niets gebeurd is

en wij, wij blijven altijd wie we zijn
leven maar een leven
en moeten het daarmee doen
bofkonten, die vlinders


Leo Stilma

 

Zonder titel

Ik las eens dat ik klein zou moeten beginnen
En toen dacht ik aan een ei
Zo'n gele of een witte
Ach de kleur maakt daarbij
Niet uit
 
Maar ik deed het fout, och arme
Arme ik, ik deed het fout
Het begin, zo vol met grootse 
Pracht, zo vol met groene macht
Groen, geel, wit, 't is em niet
Als ik het over de vlinder wil hebben
Moet ik bij iets anders zijn
 
Weet je van die vlindervlucht?
Die een wervelwind begon
Met zijn gefladder?
Veel te groots, veel te veel
Van dat alles.
Dus begon er bij mij slechts
Een klein beetje twijfel te groeien.
Als ik niets kleins kan vinden
Begint er niets.
 
Dan toch maar terug naar dat ei
Want
Ik zie graag rupsen eten

 

Ingeborg van Es