Mei-juni in één generatie.
Rups: juni-september. Volgroeide rupsen zijn opvallend groot in verhouding tot de vlinder en hebben een matgele vlek op de plek waar zich bij andere soorten de kenmerkende stekel bevindt. De soort overwintert als pop in de strooisellaag.
Willowherb Hawk-moth
Nachtkerzenschwärmer
le Sphinx de l'épilobe , le Sphinx de l'oenothère
Proserpinus oenotherae, Pterogon oenotherae, Pterogon proserpina
Pijlstaart verwijst naar het bijzondere 'staartje' of 'pijl' op het laatste segment van de rups.
Teunisbloem is een belangrijke waardplant voor deze soort.
Proserpinus oenotherae (Denis & Schiffermüller, 1775); Pterogon oenotherae (Denis & Schiffermüller, 1775)
Proserpinus: Proserpina of Persephone is de dochter van Jupiter en Ceres (Zeus en Demeter). Pluto maakte haar tot koningin van de onderwereld maar door tussenkomst van Jupiter werd haar toegestaan eens per jaar naar de aarde terug te keren. Deze mythe symboliseert de terugkeer van het voorjaar en het opkomen van het graan dat in de aarde ligt begraven.
proserpina: zie hier boven.
(Pallas, 1772)
Voorvleugellengte: 18-21 mm. Een relatief kleine en gedrongen pijlstaart met een onregelmatig gekartelde groene of bruinachtig groene, donker gebandeerde voorvleugel en een oranjegele achtervleugel met zwarte zomen.
Zie de lindepijlstaart (Mimas tiliae).
Om meer grip te krijgen op de trend van de soort hebben we een manier om de soort te tellen. Hiervoor zijn we altijd op zoek naar meer tellingen. Is er bij u in de buurt een plek met waardplanten? Doe dan een kwartiertelling via de ButterfluCount app. Een handleiding is hier te vinden.
Zeldzaam. Soort die beschermd is volgens de Habitatrichtlijn en lange tijd slechts bekend was van enkele waarnemingen van vóór 1900. De laatste jaren breidt deze soort zich vanuit Zuid-Limburg naar het noorden uit; de meeste waarnemingen komen uit de provincie Limburg, maar er zijn ook enkele exemplaren waargenomen in andere provincies, waaronder Noord-Brabant en Gelderland. RL: niet bedreigd.
Zeldzaam maar in opmars. Recente waarnemingen uit alle Belgische provincies, vooral in het oosten van Vlaanderen. tegnwoordig wijdverspreid, zie ook het bericht van natuurpunt uit 2021.
De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Momenteel niet in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
In het westelijk Mediterane gebied komen een paar zeer geïsoleerde bezettingen voor (Spanje, de Midden-Atlas van Marokko). Vanuit de Pyreneeën in een 500 tot 1000 km brede band via Midden- en Zuid-Frankrijk, Midden-Europa en Italië en via grote delen van de Balkan tot Griekenland en verder via de Zwarte Zee, de Kaukasus, Anatolië en Noord-Iran tot de Himalaya.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Open plekken in vochtige bossen, bosranden en warme open plaatsen.
Wilgenroosje, teunisbloem, basterdwederik en kattenstaart.