Eind maart-half augustus in twee generaties. De vlinders komen veelvuldig op licht; verder worden ze zelden gezien.
Rups: mei-september. De rups is vooral ´s nachts actief. De soort overwintert als pop in de grond.
Purple Thorn
Violettbrauner Mondfleckspanner
l'Ennomos illustre
Selenia lunaria, Ennomos illustraria
Halvemaanvlinder is een al lang bestaande naam die al gebruikt wordt door Ter Haar in 'Onze vlinders' (begin vorige eeuw).
De halve maan is te vinden aan de vleugeltop en in het midden van voor- en achtervleugel.
Selenia: selene is de maan, vanwege de sikkelvormige discale vlekken.
tetralunaria: tetra is vier en luna is de maan; naar de vier maanvormige vlekjes, op iedere vleugel één.
(Hufnagel, 1767)
Voorvleugellengte: 17-23 mm. Deze spanner rust met open, half omhoog gehouden vleugels en houdt de voorvleugels enigszins gekruld. Op de bovenzijde van de achtervleugel bevindt zich dicht bij de achterrand een donkere vlek. De zilverkleurige maanvormige middenstip op de voorvleugel is vrij groot en de daarlangs lopende buitenste dwarslijn is duidelijk gebogen op de voorste helft van de vleugel. De achterrand van de achtervleugel is enigszins gekarteld. De vlinders van de tweede generatie zijn kleiner en bleker, vaak meer geelbruin.
Tot 38 mm; lichaam varieert in kleur van donker grijsachtig bruin tot licht roodachtig bruin; het derde paar poten van de thorax gezwollen als knoppen van een twijg; de segmenten vier, vijf, zeven en acht eveneens gezwollen; kop bruin of zwartachtig bruin
Zie het lindeherculesje (S. lunularia) en het herculesje (S. dentaria).
Herculesje (Selenia dentaria) en lindeherculesje (Selenia lunularia). Jonge rupsen kunnen ook verward worden met de rups van de kleine herculesspanner (Cepphis advenaria).
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).
Algemeen. Komt voor in bosachtige gebieden, vooral op de zandgronden en in de duinen voor. RL: niet bedreigd.
Vrij algemeen in het hele land.
De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Momenteel niet in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
West-Oost: Engeland tot Japan, in het zuiden tot het Zwarte Zeegebied en de Kaukasus; in het noorden tot boven de poolcirkel. Niet in het oostelijke Middellandse Zeegebied; in het zuidwesten Spanje, Zuid-Frankrijk, Italië en Sicilië.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting