In het buitenland: half juli-eind augustus in één generatie. De vlinders komen op licht.
In het buitenland: overwintert met name als rups.
Bastelbergers-Rindenspanner
la Boarmie maculée
Alcis maculata, Alcis maculata bastelbergeri, Alcis bastelbergeri
De spikkelspanners hebben een grijze tot grijsbruine grondkleur met veel golvende dwarslijnen en veelal besprenkeld met donkerder spikkels.
Gevlekte wijst op de opvallende witte vlek op het lijf van de vlinder.
Alcis: Alcis is een dochter van Aegyptus, zij had 50 broers (zie ook Aphantopus hyperantus).
Staudinger, 1892
Voorvleugellengte: 22-25 mm. De vleugels van deze vlinder laten een wisselende mengeling van grijs en bruin zien met soms, met name in het zoomveld, een oranje tint. Over de voorvleugel loopt, evenals bij de variabele spikkelspanner (A. repandata), een kenmerkende slingerende buitenste dwarslijn. Aan de buitenzijde hiervan, tussen deze dwarslijn en de lichte golflijn, ligt een opvallende zwarte vlek. Opvallend bij het mannetje is de zwarte, doorgaans dikke, dicht tegen de binnenste dwarslijn aan gelegen middenschaduw. Bij het vrouwtje is sprake van een tamelijk vage, soms sterk getande middelste dwarslijn die meer halverwege de binnenste en de buitenste dwarslijn ligt. Het veld aan de binnenzijde van deze lijn is donker bestoven tot aan de binnenste dwarslijn, in contrast met het lichte veld aan de buitenzijde ervan, en vormt zo een donkere dwarsband. Soms echter reikt de donkere bestuiving helemaal tot aan de vleugelwortel. Bij het vrouwtje is er vaak een middenvlek in de vorm van een streepje aanwezig.
De variabele spikkelspanner (A. repandata) lijkt sterk op het vrouwtje van de gevlekte spikkelspanner, maar is vaak egaler getekend. Het meest betrouwbare verschil is het ontbreken van de donker bestoven band of binnenste vleugelhelft op de voorvleugel. Een donkere vlek in het zoomveld als bij de gevlekte spikkelspanner is aanwezig maar doorgaans veel minder prominent. De taxusspikkelspanner (Peribatodes rhomboidaria) mist de donkere vlek in het zoomveld. Ook lopen de buitenste dwarslijn en de middelste dwarslijn bij deze soort naar elkaar toe in de richting van de binnenrand, waar ze bij elkaar komen.
Zeer zeldzaam. Deze soort is in 1983 voor het eerst in Nederland waargenomen in Limburg. Deze eerste waarneming voor Nederland is beschreven door Marcel Prick in Entolomolische berichten op pagina 131 en 132. Hierna volgde pas weer een waarneming in 2020, tevens in Zuid-Limburg.
Zeer zeldzaam. Komt lokaal voor in Luik, Luxemburg en Namen.
De verspreiding van de gevlekte spikkelspanner is in Europa zeer verbrokkeld.
De gevlekte spikkelspanner komt voor in Europa en reikt in het oosten van de Oeral tot het Altaj-gebergte en het Sajan-gebergte in Oost-Azië.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting