Deze trekvlinder kan worden waargenomen tussen maart en november. De vlinders vliegen zowel overdag als ´s nacht; ze komen op licht en op smeer.
Rups: juli-september. De rups leeft van de bloemen en zaden van de waardplant. De soort is niet in staat om in Nederland te overwinteren. De verpopping vindt plaats in of op een bloem van de waardplant.
Purple Marbled
Eichen-Blütenspanner
Porphyrinia ostrina, Thalpochares ostrina
Een deel van de vleugels is purper gekleurd en het totaalbeeld is licht en bleek.
Eublemma: eu- is goed en blemma is een aanblik; de soorten in dit genus zien er goed uit.
ostrina: ostrinus is purper, de kleur van de tekening op de voorvleugels.
(Hübner, 1808)
Voorvleugellengte: 8-9 mm. De smal toelopende voorvleugel van deze kleine uil heeft een vuilwitte grondkleur met in het middenveld en zoomveld een paarse of grijsachtig bruine tekening, die zeer variabel is. Sommige exemplaren hebben slechts een lichtbruine schaduw langs de dwarslijnen, maar er zijn ook vlinders die een geheel paars gekleurd midden- en zoomveld hebben. Daartussen zijn allerlei variaties mogelijk. Langs de grof geschulpte witte golflijn ligt vaak een zwartachtige rand.
Zie het klein purperuiltje (E. parva).
De soort kan ook worden verward met het prachtpurperuiltje. Het prachtpurperuiltje heeft echter een roze zoomveld en franje, terwijl die bij het bleek purpuruiltje bleek zijn. Het prachtpurperuiltje is ook veel minder zeldzaam aan het worden in Nederland en België.
Zeer zeldzaam. De laatste waarneming van deze trekvlinder uit Zuid-Europa dateert uit 1998. In 2020 was er een waarneming uit Zuid-Holland, waarschijnlijk een beest dat meegekomen is met planten uit Zuid-Europa.
Recent toegevoegd aan de Belgische lijst (Aarlen, 2015).
De soort is als trekvlinder geclasssicifeerd en daarmee niet opgenomen op de Rode Lijst van Vlaanderen (Veraghtert et al. 2023).
Komt voor rond de hele Middellandse zee, ook op de Balkan, in Zuid-Rusland en Klein-Azië. Van de Canarische eilanden in het westen tot Afganistan in het oosten. In Midden-Europa alleen als zeldzame trekker/zwerver.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Diverse plaatsen met open, vaak verstoorde grond.
Bloeiwijze van distels.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting