donderdag 28 april 2022
Er is de laatste jaren steeds meer aandacht voor nachtvlinders en dat is hard nodig, want daar weten we nog maar weinig over. Doordat er meer wordt gekeken is ook de kans op verrassingen groter. Vorige week was het raak. In Zwijndrecht werd door Jan-Kees Bossenbroek een soort gezien die al 68 jaar niet meer in ons land was gemeld.
Jan-Kees meldt hierover: “Sinds een jaar of twee zet ik regelmatig een nachtvlinderval in mijn achtertuin. Vorige week ving ik hier mijn driehonderdste nachtvlindertuinsoort. In de ochtend van 22 april bekeek ik het resultaat van de afgelopen nacht. Vlak naast een puta-uil zat een vlinder die oppervlakkig gezien ook wel wat op die soort leek. Het was echter wat anders, iets wat ik niet direct herkende. De app ObsIdentify gaf brildrager aan, een mij onbekende soort. Waarneming.nl had hiervan echter geen enkele waarneming in de database staan en de literatuur gaf aan dat de brildrager in Nederland voor het laatst gezien was in 1954, in Limburg. Niet echt een voor de hand liggende soort dus. Na wat op internet zoeken en wat rondvragen, bleek het echter toch echt om deze soort te gaan! Brildrager is daarmee met afstand de zeldzaamste soort die ik in mijn tuin heb waargenomen.”
De brildrager (Egira conspicillaris) is een nachtvlinder die behoort tot de familie van de uilen. De vleugelhouding is erg opvallend en zit als een driehoek over het achterlijf. Bij de soort zit redelijk wat variatie in de kleur, van erg licht tot erg donker. Terugkomende kenmerken zijn het donkere vlak die vanaf het zoomveld iets oplopend naar de niervlek loopt. De niervlek is gedeeltelijk zwart omrand, maar bij donkere exemplaren niet opvallend; de ringvlek is bij donkere exemplaren vaak nauwelijks herkenbaar, terwijl die bij lichte exemplaren zwart omrand is. Vanaf de zijkant vallen de uitstulpingen op het borststuk op.
De vlinders worden in het buitenland vanaf half april tot begin juni waargenomen. De vlinders worden redelijk tot goed aangetrokken tot licht. Rupsen leven in de periode mei-juli, maar zijn zowel in België als Engeland nog nooit gevonden. De rupsen leven (op kweek) van verschillende soorten kruiden en houtachtige planten. De soort heeft in Europa een verspreiding van het Iberisch schiereiland naar het oosten tot Rusland. Naar het noorden tot de Baltische staten, in het zuiden tot Noord-Afrika (Marokko, Algerije), vandaar via het Middellandse Zeegebied naar Voor-Azië en de Kaspische Zee. In de omliggende landen komt de soort in het zuidenwesten van Engeland voor. In België komt de soort vooral voor in de kalkstreek (Viroinvallei) in het zuidoosten. In 2020 werd een waarneming gedaan van een zeer waarschijnlijke zwerver, net ten noordoosten van Antwerpen. In Duitsland komt de soort ook voornamelijk in de zuidelijke helft voor.
In Nederland zijn er in totaal elf waarnemingen bekend, voornamelijk in de negentiende eeuw, allemaal uit de provincie Gelderland en Limburg. De laatste bekende waarneming was in Simpelveld, Limburg, in 1954. In de nacht van 20 op 21 april 2022 werd er in Zwijndrecht, Zuid-Holland, voor het eerst sinds 68 jaar dus weer één in Nederland waargenomen. Dit betreft waarschijnlijk een zwerver, maar wie weet volgen er binnen de volgende 68 jaar wel meer waarnemingen.
Met dank Aan Wim Veraghtert voor aanvullingen over de Belgische situatie en Mark Parsons over de Engelse situatie.
2022 Brildrager EgiraConspicillaris JanKeesBossenbroek JurrienVanDeijk Natuurbericht
Nachtvlinderjaar 2022
24-jan-2023