Begin april-eind augustus in twee generaties. De vlinders komen op licht.
Rups: juni-oktober. De soort overwintert als pop in een stevige cocon tussen mos op de stam van de waardplant, in de strooisellaag of in de grond.
Maple Prominent
Ahorn-Zahnspinner
la Capuchon
Ptilodontella cucullina, Lophopteryx cucullina, Ptilodon cuculla, Lophopteryx cuculla
Esdoorn is de enige waardplant van de esdoorntandvlinder.
Tandvlinders hebben aan de voorvleugel een uitstulping die in rust als een tand boven de vlinder uitsteekt.
Ptilodon: ptilon is een veer, een vleugel en oudous, odontos is tand, naar het pluimpje op de voorvleugel.
cucullina: cucullus is een hoed, een monnikskap, naar de kuif op de thorax.
(Denis & Schiffermüller, 1775)
Voorvleugellengte: 15-20 mm. Te herkennen aan het grote witte vlak langs de achterrand van de voorvleugel. De vleugel is grotendeels bruin. Langs de voorrand, met name vanaf de vleugelwortel, is de vleugel lichter. Er is weinig variatie.
Tot 30 mm; vrij dik in het midden, versmald naar de uiteinden; lichaam groenachtig wit tot bleek groen met over de rug een donker purperachtig groene middenband, die naar de staart smal uitloopt; segment elf met een witachtige of grijsachtige gevorkte bult met helderroze punten; onderzijde met purperen zweem; kop bruinachtig wit met donkerbruine, V-vormige tekening.
Zie het kroonvogeltje (P. capucina).
Zeldzaam. Een soort die vooral wordt waargenomen in Noord-Brabant. RL: gevoelig.
Vrij zeldzaam, de voorbije decennia sterk toegenomen. Komt verspreid voor over het hele land.
De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Momenteel niet in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
Van het noorden van het Iberisch schiereiland via grote delen van West-Europa, inclusief Zuid-Engeland en via heel Midden-Europa tot in Zuid-Rusland. Naat het zuiden tot het noorden van het Middellandse Zeegebied en de Zwarte Zee. Door makkelijke verwisseling met een nabije verwant is het grensverloop niet helemaal duidelijk. Naar het noorden tot Noord-Duitsland en Polen (oostzeekust).
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Loofbossen en struwelen, vaak op kalkrijke grond.
Diverse soorten esdoorn, waaronder vooral Spaanse aak.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting