Nog even over die naam… Zo’n 15 jaar geleden hebben we 100 VSB-Fonds Vlindertuinen aangelegd bij zorginstellingen. Heel bijzonder om te doen, omdat de ronde tuinen bij aanleg allemaal gelijk waren, maar zich heel verschillend ontwikkelden. We gaven ook cursussen over het beheer, de vlinders en activiteiten die in de tuin konden plaatsvinden. Eén van die cursussen was bij de Gelderhorst, het Centrum voor oudere doven in Ede. Omdat er ook dove mensen bij waren was er een doventolk die alles wat ik vertelde in gebaren vertaalde. Ook de namen van de vlinders werden uitgebeeld, die van de gehakkelde aurelia was voor mij zeer herkenbaar en weet ik nu nog…
Gehakkelde aurelia’s planten zich ook voort in tuinen. De rupsen zijn minder kritisch dan die van de andere ‘schoenlappers’ zoals de dagpauwoog en de kleine vos: naast brandnetels heeft hij zeer uiteenlopende andere waardplanten, bijvoorbeeld hop en wilg. Over dat soort verschillen blijf ik me verbazen, want waarom eet hij dan niet gewoon alles wat groen is? Bijzonder toch hoe zo’n voorkeur zich ontwikkelt… De rups heeft wel dezelfde stekels, maar is bijzonder gekleurd: met een grote witte vlek op zijn rug, vaak wordt gezegd dat het net een vogelpoepje lijkt. Ik kan me maar een keer herinneren dat ik zo’n levend vogelpoepje heb gezien, zeer herkenbaar, net als de vlinder!
Deze maand is de Tuinvlindertelling. Heeft u al geteld? De gehakkelde aurelia is een van de soorten die vaak in de tuin-top-10 eindigt tijdens de Tuinvlindertelling, ik ben benieuwd hoe het dit jaar uitpakt. Hij komt vooral in je tuin om te drinken – niet alleen uit bloemen, ze zijn ook dol op rottend fruit. Het gistende sap geurt sterk en trekt veel gulzige vlinders aan. Toen ik zelf nog een pruimenboom in de tuin had, was het een van de soorten die ik regelmatig op afgevallen pruimen op de grond aantrof. Een makkelijke manier om hem ook deze zomer naar je tuin te lokken!
De gehakkelde aurelia doet zijn naam eer aan. Wanneer je ‘m ziet begrijp je meteen waarom hij zo heet en dan lijkt hij niet te verwarren met andere soorten. Toch is hij als hij vliegt lastiger: heel ‘verse’ vlinders die net uit de pop zijn zie ik nog weleens voor een andere soort aan. Laatst nog, op de Hoge Veluwe, dacht ik een grote parelmoervlinder te zien (de derde van die dag!) maar bleek het een gehakkelde aurelia te zijn. Iets dergelijks had ik jaren geleden, toen ik meende een grote vos te zien vliegen. In beide gevallen was de vlinder zó oranje, dat ik niet meteen aan een gehakkelde aurelia had gedacht.