Begin maart-eind april in één generatie. De vlinders vliegen overdag bij zonnig weer rondom de toppen van ratelpopulieren en kunnen ook waargenomen worden als ze worden opgejaagd van modderpoelen op paden in open bossen. Ze worden vaker gezien bij oude bomen die katjes dragen dan bij lage populieren die in de schaduw staan.
Rups: mei-juli. De rupsen foerageren ´s nachts op bladeren waartussen ze overdag een schuilplaats spinnen. De soort overwintert als pop, ingesponnen in zachte schors en blijft soms twee of drie jaar overliggen.
Light Orange Underwing
Auen-Jungfernkind
l'Illégitime
lichte oranjespanner, valse oranjespanner
Brephos nothum
Ratelpopulier (=esp) is een belangrijke waardplant van deze soort. Oranje wijst op de grondkleur van de achtervleugels.
Archiearis: arkhe, arkhi is beginnend en ear is voorjaar. Vlinders die al vroeg in het jaar vliegen.
notha: nothos, nothe is een bastaard. Hiermee wordt de verbondenheid met A. parthenius benadrukt. Macleod vindt beide namen 'zinloos'.
(Hübner, 1803)
Voorvleugellengte: 15-17 mm. Een overdag actieve oranje met bruine nachtvlinder die in uiterlijk en gedrag zeer veel op de oranje berkenspanner (Archiearis parthenias) lijkt.
Tot 28 mm; gewoonlijk groen met zwarte lengtestrepen en een geelachtig witte streep over de spiracula; kop en eerste segment van de thorax sterk zwart gespikkeld. Er is ook een vuil olijfgroene variant met bleek geelachtig grijze lengtestrepen. In tegenstelling tot de meeste spannerrupsen heeft deze soort naast de naschuivers vier paar buikpoten, hoewel het voorste paar zwak is ontwikkeld. Ze lopen wel op de kenmerkende spannerrupsen-manier.
Zie de oranje berkenspanner (Archiearis parthenias).
Bekijk de gedetailleerde verschillen met illustraties tussen beide soorten.
Zeer zeldzaam. Na vier decennia afwezigheid is de soort in 2014 weer uit Limburg gemeld.
Zeer zeldzaam in Vlaanderen. Een handvol vindplaatsen in Vlaams-Brabant, Limburg en Antwerpen. Vrij zeldzaam in Wallonië, met verspreide vindplaatsen ten zuiden van Samber en Maas; lokaal algemeen.
De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Momenteel niet in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
Van Spanje via Frankrijk en Noord-Italië door Midden-Europa oostwaarts tot China (ssp. suifuensis Kardakoff 1928) en Japan. De zuidgrens binnen Europa is nog niet duidelijk i.v.m. verwarring met A. parthenias. Vastgesteld in Noord-Turkije (Kocak 1990, 1991). In Scandinavië minder ver naar het noorden dan parthenias.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Open oude bossen met veel volgroeide (ratel)populieren.
Word donateur
Steun De Vlinderstichting