Eind mei-eind augustus in één generatie; heel soms een tweede generatie in september-oktober. De vlinders komen op licht, smeer en bloeiende grassen.
Rups: augustus-mei. De soort overwintert als jonge rups. De rups foerageert ´s nachts en verbergt zich overdag in de grond, waar ook de verpopping plaatsvindt.
Shore Wainscot
Zickzack-Zahnspinner
grote stranduil
Aletia litoralis, Leucania litoralis, Mythimna littoralis, Leucania littoralis
Alle grasuilen hebben een relatie met grassen.
De rupsen van deze soort zijn gespecialiseerd op helmgras.
Mythimna: mithimna is een stad op het eiland Lesbos. Deze uitleg komt van Treitschke die 'Die Schmetterlinge von Europa' afmaakte na de dood van Ochsenheimer. Sodoffsky (1837) verbeterde de spelling naar Mithimna.
litoralis: litoralis betekent behorende bij de zeekust, hetgeen de habitat is van deze soort.
(Curtis, 1827)
Voorvleugellengte: 15-18 mm. Kenmerkend is de opvallende witte hoofdader met de witte vertakkingen, die vanaf de vleugelwortel tot aan de achterrand zichtbaar is. De grondkleur van de voorvleugel is strokleurig tot geelachtig bruin; langs de voorrand echter lichter en rond de witte aders juist donkerder gekleurd. De achtervleugel is glanzend wit.
Eenstreepgrasuil (Mythimna conigera), gekraagde grasuil (Mythimna ferrago), witstipgrasuil (Mythimna albipuncta), grijze grasuil (Mythimna pudorina), witte-l-uil (Mythimna l-album), zesstreepuil (Xestia sexstrigata) en vierkantvlekuil (Xestia xanthographa).
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).
Vrij zeldzaam. Een soort die vrijwel uitsluitend voorkomt in de duinen van het vasteland en op de Waddeneilanden. RL: bedreigd.
Zeldzaam aan de kust, maar daar lokaal talrijk; ontbreekt in de rest van het land.
De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Bijna in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
Een uitgesproken zoutminnende kustsoort die beperkt is tot Noordwest-Afrika en West-Europa. Verbreid in de duinen en achterliggende graslanden vanaf Marokko via Portugal, Spanje, Frankrijk, België, Nederland, Duitsland, Denemarken tot aan de Baltische staten in de Oostzee. Ook in Zuid-Zweden, de oost-, zuid- en westkust van Engeland en Zuid-Ierland. Langs de Middellandse Zee aan de voet van de Pyreneeën en in de Ebro-delta.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Duinen.
Helm en andere grassen.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting