Half mei-begin september in twee generaties. De vlinders komen op licht, meestal in kleine aantallen.
Rups: juni-mei. De soort overwintert als rups en verpopt zich in losse aarde.
Satin Wave
Graulinien-Zwergspanner
l'Acidalie blanchâtre
Sterrha subsericeata, Acidalia subsericeata
De stipspanners hebben een meer of minder duidelijke middenstip op voor- en ook vaak op achtervleugels. Nagenoeg alle Scopula's en Idaea's zijn stipspanners.
De vlinder heeft een satijnachtige glans over de vleugels. Ook de wetenschappelijke soortnaam duidt op de zachte glans van deze spanner.
Idaea: idaios heeft betrekking op de berg Ida, de uitzichtplaats van waaruit de goden en godinnen de gevechten rond Troje volgden.
subsericeata: sub is enigszins en sericus is zijde. Dit vanwege de zachte glans van de vleugels.
(Haworth, 1809)
Voorvleugellengte: 10-12 mm. Een grijswitte stipspanner met een satijnachtige uitstraling. De lichtgrijze dwarslijnen hebben een enigszins bruinachtige tint, en hoewel ze weinig verschillen in verloop en intensiteit is de buitenste dwarslijn iets sterker gegolfd. De middenstip op de voor- en achtervleugel is zeer klein en soms nauwelijks of niet waarneembaar. De franjelijn bestaat uit een afwisseling van fijne flauw gebogen streepjes en stipjes.
Zie de randstipspanner (I. sylvestraria) en de zoomstipspanner (Scopula umbelaria).
Bekijk de gedetailleerde verschillen met illustraties tussen Idaea subsericeata, I. sylvestraria en Asthena albulata.
Bekijk de gedetailleerde verschillen met illustraties tussen meer Idaea- en Scopula-soorten.
Okergele spanner (Idaea ochrata), geelpurperen spanner (Idaea muricata), randstipspanner (Idaea sylvestraria) en geblokte stipspanner (Idaea emarginata). Let op: de rups kan ook verward worden met rupsen van de Scopula-soorten.
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).
Vrij algemeen. Komt vooral in de zuidwesthoek van het land, langs de kust en in Limburg voor. RL: niet bedreigd.
In Vlaanderen zeldzaam, maar wijdverbreid in de Kempen en aan de Westkust. Toegenomen. In Wallonië zeldzaam, maar wijdverbreid ten zuiden van Samber en Maas.
De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Momenteel niet in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
Van Noord-Afrika en het Iberisch Schiereiland via West- en Midden-Europa (inclusief de Britse eilanden) tot de Baltische staten (Estland); in het zuiden: van de westelijke Middellandse Zee-eilanden via Italië, de Balkan en de Zwarte Zee tot het Kaspische gebied.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Bossen, struwelen, ruige graslanden, heiden en tuinen.
Diverse kruidachtige planten.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting