Half april-begin november in twee, soms drie generaties. De vlinders komen op licht. Overdag zijn ze rustend te vinden op paaltjes, muren of ramen; wanneer ze verstoord worden verbergen ze zich onder bladeren.
Rups: mei-december. Rupsen van de eerste generatie (mei-juli) worden veel minder vaak gezien dan die van de tweede generatie (vanaf augustus). Ze leven op de bloeiwijze van de waardplant. De soort overwintert als pop in de strooisellaag.
Lime-speck Pug
Weisser Blütenspanner
l'Eupithécie à tirets
centaureaspanner, duizendguldenkruidvlindertje
Tephroclystia centaureata, Eupithecia oblongata, Tephroclystia oblongata
Alle soorten uit het Genus Eupithecia plus nog een aantal andere kleine spanners zijn samengebracht onder de groepsnaam dwergspanner.
Door de grote zwarte vlek op de voorvleugel is deze dwergspanner makkelijk herkenbaar.
Eupithecia: eu is goed, goedig en pithex, pithekos is een dwerg. De vlinders hebben een aantrekkelijk uiterlijk en zijn klein. Haworth schrijft: mooie vlinders, als ze rusten zien ze er prachtig uit: de vleugels gespreid en vlak, elegant gedrukt tegen de ondergrond; eigenlijk helemaal ontworpen om ze in vlinderkasten te verzamelen.
Centaureata: Centaurea is het plantengeslacht duizendguldenkruid waar ook enige van de vele voedselplanten toe behoren.
(Denis & Schiffermüller, 1775)
Voorvleugellengte: 10-12 mm. De enige overwegend witte dwergspanner met slechts één grote blauwachtig grijze of zwartachtige vlek langs de voorrand van de voorvleugel; vaak is deze vlek verbonden met de middenstip. Er is enige variatie. Soms is de vlek langs de voorrand onduidelijk en staat de middenstip geïsoleerd; soms is de grondkleur meer grijsachtig.
21-23 mm. Lijfkleur is buitengewoon variabel, met als basis groen, bruin of grijs en gewoonlijk met roodachtige, bruine of grijze ruglijn en dikwijls met nog meer tekening op rug en flanken.
De witvlakdwergspanner (E. succenturiata) is groter en heeft een andere vleugelvorm; bovendien is de gehele voorrand donker. Zie ook de gemarmerde dwergspanner (E. irriguata).
Heidedwergspanner (Eupithecia satyrata), egale dwergspanner (Eupithecia absinthiata), schermbloemdwergspanner (Eupithecia tripunctaria), smalvleugeldwergspanner (Eupithecia nanata), jeneverbesdwergspanner (Eupithecia pusillata), v-dwergspanner (Chloroclystis v-ata), zwartkamdwergspanner (Gymnoscelis rufifasciata) guldenroededwergspanner (Eupithecia virgaureata), voorjaarsdwergspanner (Eupithecia abbreviata), eikendwergspanner (Eupithecia dodoneata), vingerhoedskruiddwergspanner (Eupithecia pulchellata) en beverneldwergspanner (Eupithecia pimpinellata).
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).
Algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
Vrij algemeen in het hele land.
De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Momenteel niet in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
De Britse eilanden en de Hebriden, Noord-Afrika en Klein-Azië. In Finland en Zweden tot plm de 66e breedtegraad. Verdere verbreiding via de Baltische staten, Polen, Rusland en Siberië tot in Mongolië.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Struwelen, wegbermen, kwelders, schorren en slikken, open bossen en tuinen.
Diverse kruidachtige planten waaronder koninginnenkruid, duizendblad, engelwortel, wilde averuit, pastinaak, jakobskruiskruid, guldenroede en bijvoet.
Duizendblad
Achillea
Engelwortel
Angelica
Bijvoet
Artemisia
Koninginnekruid
Eupatorium
Jakobskruiskruid
Jacobaea
Wederik
Lysimachia
Pastinaak
Pastinaca
Guldenroede
Solidago
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting