klein purperuiltje Eublemma parva

Familie

spinneruilen (EREBIDAE)

Zeldzaamheid

Zeer zeldzaam. Van deze trekvlinder zijn slechts drie recente waarnemingen bekend uit Zeeland (2009) en Rockanje (2015).

Rode lijst

incidenteel

Meer foto's

Terug naar boven ^

Levenswijze

Vliegtijd en gedrag

Deze trekvlinder kan worden waargenomen tussen maart en november. De vlinders komen op licht.

Levenscyclus

Rups: juli-september. De soort is niet in staat om in Nederland te overwinteren. De verpopping vindt plaats in een cocon die vastgehecht is aan een bloem van de waardplant.

Verspreiding

Vliegtijd

Benaming

Engelse naam

Small Marbled

Duitse naam

Fichtenzapfen-Blütenspanner

Synoniemen

Porphyrinia parva

Meer

Toelichting Nederlandse naam

De grondkleur van dit vlindertje is purperachtig roze en het is zeker de kleinste van de drie purperuiltjes. Zie ook 'toelichting wetenschappelijke naam'.

Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam

Eublemma: eu- is goed en blemma is een aanblik; de soorten in dit genus zien er goed uit.
parva: parvus is klein; een van de kleinste noctuïden.

Auteursnaam en jaartal

(Hübner, 1808)

Herkenning

Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: 7-8 mm. Deze kleine spinneruil kan gemakkelijk worden aangezien voor een microvlinder. De voorvleugel heeft een geelachtig witte grondkleur met in het midden een opvallende bruin met witte dwarslijn, die de vleugel min of meer in tweeën deelt. De buitenste dwarslijn heeft de vorm van een vraagteken. De vleugelpunt en de zone aan de binnenzijde van de dwarslijn in het midden van de voorvleugel zijn vaak bruinachtig gekleurd.

Gelijkende soorten vlinder

Het bleek purperuiltje (E. ostrina) is groter en heeft vaak een paarsachtige tekening; bovendien ontbreekt de opvallende dwarslijn in het midden van de voorvleugel. De moeras-micro-uil (Hypenodes humidalis) is bruiner en heeft diagonale dwarslijnen.

Gelijkende soorten vlinder

Verspreiding in Nederland in vier perioden

Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.

Habitat

Diverse plaatsen met open, vaak verstoorde grond.

Planten

Donderkruid, fijnstraal en heelblaadjes.

Waardplant

Fijnstraal
Erigeron

Heelblaadje
Pulicaria

Actualiteiten

Ontdek meer

Blijf op de hoogte

Ontvang vlindernieuws

Soorten uit dezelfde familie spinneruilen (EREBIDAE)

Alle soorten uit deze familie