Eind april-eind oktober in twee generaties, met de grootste aantallen in de herfst. Verse vlinders in het voorjaar stammen af van overwinterde rupsen, afgevlogen exemplaren zijn meestal immigranten. De vlinders komen goed op licht, smeer en bloeiende planten.
Rups: mei-augustus.
Dark Sword-grass
Ypsiloneule
la Noctulelle baignée
ipsilonuil
Scotia ipsilon, Euxoa ipsilon, Agrotis ypsilon, Hadena ypsilon, Scotia ypsilon, Agrotis suffusa
De Agrotis- en Euxoa-soorten werden samengevoegd onder de groepsnaam worteluil. De rupsen hebben een relatie met plantenwortels.
Vooral in rust is deze soort de grootste van de worteluilen.
Agrotis: agrotes is van het veld, iemand van het platte land. Grasland is meer het habitat dan bossen. Deze naam werd als eerste door Hübner voorgesteld (1806).
ipsilon: de Griekse letter Ypsilon, geschreven als Y. Naar de zwarte buitenlijn van de ronde vlek en de donkere pijlvorm die daaraan vast zit.
(Hufnagel, 1766)
Voorvleugellengte: 15-25 mm. Goed te herkennen aan de grootte; doordat de vleugels in rusthouding ver over elkaar geslagen worden, maakt deze uil een lange en smalle indruk. De grondkleur varieert van licht- tot donkerbruin; lichte exemplaren hebben een donkere strook langs de voorrand van de voorvleugel, donkere exemplaren zijn vaak weinig contrastrijk getekend. Karakteristiek is de langgerekte pijlvormige streep aan de buitenzijde van de niervlek die het zoomveld insteekt en bijna de kleinere pijlvlekken aan de binnenzijde van de golflijn raakt.
De blauwvleugeluil (Peridroma saucia) mist de karakteristieke pijlvormige streep, evenals de pijlvlekken in het zoomveld en is minder contrastrijk getekend.
Zwartvlakworteluil (Euxoa obelisca), graanworteluil (Euxoa tritici), rookkleurige worteluil (Euxoa nigricans), variabele worteluil (Euxoa cursoria), witvlekworteluil (Euxoa lidia), grijze worteluil (Agrotis cinerea), bonte worteluil (Agrotis vestigialis), puta-uil (Agrotis puta), gewone velduil (Agrotis segetum), geoogde worteluil (Agrotis clavis), duinworteluil (Agrotis ripae) en gewone worteluil (Agrotis exclamationis).
Let op: de rupsen van de Euxoa- en de Agrotis-soorten zijn erg moeilijk uit elkaar te houden.
N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).
Algemeen. Een trekvlinder die in het hele land kan worden waargenomen.
Vrij algemeen. Een trekvlinder die in wisselende aantallen gemeld wordt.
De soort is als trekvlinder geclasssicifeerd en daarmee niet opgenomen op de Rode Lijst van Vlaanderen (Veraghtert et al. 2023).
Een wereldwijd voorkomende trekvlinder. De noordelijkste vondst is bij de 65e breedtegraad aan de Westkust van Noorwegen.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
Vooral akkers en groentetuinen.
Allerlei kruidachtige planten en grassen; ook groenten. Een echte polyfaag.
Actualiteiten
Ontdek meerBlijf op de hoogte
Ontvang vlindernieuwsWord donateur
Steun De Vlinderstichting