De vliegtijd van de sneeuwbalwespvlinder begint vanaf 20 mei. De piek ligt begin juni en eindigt – met name in de hogere delen van de Eifel – begin juli
Rups: juli - mei. De rups overwintert twee keer in de stam van de waardplant en leeft vooral in takken met een diameter van 8-25 mm van struiken die op een beschutte en zonnige plek staan. De rups zit meestal ergens in het midden van de struik.
De grote berkenwespvlinder () en het vrouwtje van de eikenwespvlinder () hebben ook een opvallend staartpluimpje; zij hebben echter gele lijnen op het borststuk.
Zeer zeldzaam. In 2020 voor het eerst waargenomen in Zuid-Limburg.
Zeldzaam. Komt lokaal voor in Namen en Luxemburg (vooral in de kalkstreek), vroeger ook gemeld uit Henegouwen.
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd. De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben. Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld. De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar. Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Onderstaande kaartjes tonen de verspreiding binnen Nederland in vier perioden. Hoe groter en donkerder een stip, des te groter was de presentie van een soort in het desbetreffende uurhok (5x5 kilometerhok). Presentie geeft aan in welke mate een soort is over- of ondervertegenwoordigd ten opzichte van de (macronachtvlinder-)fauna als geheel. De berekeningen zijn gebaseerd op gegevens in de Nationale Databank Flora en Fauna.
In Duitsland is de waardplant wollige sneeuwbal (Viburnum lantana), op deze plant kunnen ook de typische uitvlieggaten gevonden worden. Wollige sneeuwbal wordt veel aangeplant in natuurgebieden, maar ook op kerkhoven, in tuinen en parken.
Actualiteiten
Ontdek meerWord donateur
Steun De Vlinderstichting