De volgende soorten lijken sterk op elkaar:
De drie moeilijkste Thera-soorten (de sparspanner (T. variata)), de schijn-sparspanner (T. britannica) en de grijze vorm van de naaldboomspanner (T. obeliscata)) zijn bij mannetjes te onderscheiden aan de zaagtanding van de antennenleden. De eventuele zaagtanden zitten aan de binnenkant van de antennen!
Aan de vrouwelijke antennen zijn geen significante verschillen te zien (wel met behulp van electronenmicroscopie en met micrometers, maar dat voert hier te ver).
De grijze vorm met een witte middenbandafzetting is de gewoonste vorm bij de schijn-sparspanner (T. britannica) en de sparspanner (T. variata). Mannetjes kunnen dan onderscheiden worden aan de hand van de antennen. Vrouwtjes zijn alleen te onderscheiden met behulp van genitaliënonderzoek. Een ander betrouwbaar kenmerk is nog niet gevonden, ondanks alle beweringen in forums, internet en literatuur.
Let op: ook de naaldboomspanner (T. obeliscata) heeft een dergelijke grijze vorm met witte middenbandafzetting.